Eet eko, kap een woudreus

227

The Economist, het tijdschrift dat nu al wekenlang geen enkele aandacht voor Rita Verdonk kan opbrengen, heeft een ontluisterend verhaal over ecologisch geteeld, fair trade en lokaal geproduceerd voedsel. Mooi als symbolisch signaal van consumenten dat ze bewust willen leven, maar indien op grote schaal ingevoerd schadelijk voor het milieu en de inkomenspositie van boeren in arme landen.

Ecologisch geteeld voedsel klinkt fraai, maar heeft een veel lagere opbrengst per hectare, oordeelt het blad, dus als je het op enige schaal wilt doen, heb je meer landbouwgrond nodig, wat ten koste gaat van natuurgebieden. Fair trade is leuk voor betrokken boeren, maar subsidies leiden tot overproductie en dus tot intrinsiek lagere prijzen. Arbeiders op grote plantages plukken daar de wrange vruchten van.

Lokaal geproduceerd voedsel maakt minder kilometers vanaf de productiebron, maar als boeren zelf met een autootje met een paar kratten de markten langs gaan, zorgen ze voor evenveel emissies als een volgepakte vrachtwagen die van verder komt. Britse wetenschappers hebben berekend dat het per saldo voor het milieu beter is om schaapsvlees uit Nieuw Zeeland te halen dan in Europa te fokken.

Natuurlijk valt er her en der wel wat op de redeneringen af te dingen, maar de eindconclusie onderschrijf ik graag. Consumenten die werkelijk de wereld willen verbeteren, moeten op de juiste partij stemmen, bijvoorbeeld eentje die de Europese landbouwsubsidies wil afschaffen. Politiek is saaier dan winkelen, erkent The Economist, maar met politieke stellingname bewijs je arme boeren in de derde wereld een grotere dienst dan met een pak Max Havelaar koffie in je karretje.