Bericht van Gringo: Tijuana

512

‘Welcome to Tijuana, tequila sex and marijuana’, zingt Manu Chau, een van de vrolijkst-serieuze artiesten van nu (en zapatist), op zijn album ‘Clandestino’. En inderdaad ’s avonds is de hoofdstraat van Tijuana een aaneenschakeling van goedkope bars, gokzalen en striptenten. Een soort Mexicaans Las Vegas, maar dan eerder ranzig dan hilarisch.

Overdag is Tijuana anders. ‘Welcome to Tijuana, dentists drugs and silly t-shirts’ zou Manuel dan moeten zingen. Dan komen de medische toeristen namelijk de grens over om hun gebit recht te laten zetten of medicijnen te kopen die in Amerika onbetaalbaar zijn. En dan willen ze ook nog wel een souvenirtje meepikken.

Beide werelden komen bij elkaar bij een merkwaardig lokaal toeristengebruik, namelijk een foto van jezelf laten nemen met een fleurige poncho aan en sombrero op, zittend op een met zebrastrepen geverfde ezel voor een doek met een clichématig Mexicaans landschap. Vanochtend voor twaalf uur heb ik al zes ezels geteld. Kijk, dat vind ik dan weer leuk.