Er is wél een tsnunami

568

‘Echt geen tsunami te bekennen’, kopte het kenniskatern van de Volkskrant dit weekend. Dat is natuurlijk een verleidelijke gedachte om aan toe te geven voor een multicultitype als ik. Maar het klopt niet. Er is wel degelijk een tsunami, al heeft die niet zoveel te maken met het precieze aantal moslims in Nederland. De tsunami is een gevoel van ontheemdheid dat een aanzienlijk deel van Nederland (vijftien procent, volgens de laatste opiniepeilingen) in zijn greep heeft.

Ik heb het altijd merkwaardig gevonden dat integratiebeleid zich vooral op allochtonen richt. Autochtonen krijgen weinig meer dan oproepen in de sfeer van ‘heb geduld, het wordt vast heel gezellig met z’n allen’. Dat is nogal magertjes, als je het gevoel hebt dat er verder niks voor jou gedaan wordt. Dat laatste is misschien niet het geval, maar in ieder geval is het meestal niet als zodanig zichtbaar.

Als ik eerlijk ben, heeft het vorige Rotterdamse College onder leiding van Leefbaar Rotterdam dat helemaal niet zo slecht gedaan, zij het op een manier die minder negatief had gekund. Terwijl het traditionele multicultiwerk doorging, kreeg de allochtone gemeenschap ook een berg (niet altijd terechte) kritiek over zich heen. Die kritiek was mede gericht op de autochtone bevolking, die zo het gevoel kreeg dat haar grieven serieus genomen werden. Het luidruchtige tegengas uit de linkse oppositie zorgde dat allochtonen zich toch in de politiek vertegenwoordigd wisten. Zonder de oppositie zou het beleid van Leefbaar Rotterdam minder succesvol geweest zijn.

Ik zou willen dat een links college/regering die confrontatie, die net zo onvermijdelijk is als de multiculturele samenleving zelf, ook aanging, op een positievere maar zichtbare manier. Allicht kan het nieuwe boek van Paul Scheffer de geesten wat scherpen.