Op zoek naar de perfecte energiemix

673b
Met dank aan Al Gore is het klimaat dezer dagen zeer gunstig voor boeken over energie. ‘Energierevolutie’ van Jos Wassink zet de mogelijkheden netjes op een rijtje, maar had meer diepgang en accuratesse kunnen gebruiken.

Jos Wassink, sinds kort wetenschapsredacteur van Delta, heeft iets met energie. Hij onderhoudt een weblog (www.energierevolutie.net) over het onderwerp en nu is er dus een boek, ‘Energierevolutie’ genaamd. Daarin gaat hij op zoek naar oplossingen voor de sluipende energiecrisis waar de wereld tegenaan hikt.

In het eerste deel stipt Wassink een aantal punten aan die de urgentie van zijn onderwerp duidelijk maken: het smelten van de Siberische permafrost als teken van globale opwarming, de wereldwijde energieverslaving, de afhankelijkheid van olie, de naderende piek in de productie ervan, de daaruit voortvloeiende politieke machinaties en ten slotte de naderende klimaatcrisis, die wel eens heel erg kostbaar zou kunnen blijken te zijn.

Wassink hanteert hier, net als in de rest van het boek, een toegankelijke, journalistieke stijl. Dat wil zeggen dat hij alle ruimte neemt voor anekdotes en zijpaadjes in zijn redenering in aparte kadertjes vervat, om de hoofdtekst overzichtelijk te houden. De tekst zelf leest uitermate soepel, mede dankzij het veelvuldig hanteren van een reportagestijl.

In het tweede en belangrijkste deel van het boek maakt Wassink een uitputtende inventarisatie van de vele alternatieve mogelijkheden die de mensheid heeft om in haar energiebehoefte te voorzien: wind, zon, biomassa, aardwarmte, water (wel over golfenergie en membranen, maar merkwaardig genoeg niet de bekendste vorm van waterkracht, die met stuwdammen) en nucleair.

Dat laatste valt te prijzen. Veel auteurs over alternatieve energie maken korte metten met kernenergie, door het meteen als niet-duurzaam weg te zetten. Wassink wijdt er een serieuze verkenning aan, al kan hij niet verhelen er weinig sympathiek tegenover te staan. Dat blijkt vooral uit de deelonderwerpen die hij aanstipt. Bij kernenergie gaat een groot deel van de tekst over de (reële) nadelen, terwijl bijvoorbeeld de paragrafen over windenergie een en al optimisme uitstralen.

In zijn opsomming is Wassink behoorlijk uitputtend. Exotischer opties gaat hij niet uit de weg, zoals het Australische plan om met een enorme spiegel een kolom lucht te verhitten en de energie uit de stijgende hitte te ‘oogsten’ met windturbines, of de laddermolen van Wubbo Ockels, die beoogt op grote hoogte windenergie aan te boren. De slimme zonneboiler van de Delftse scheikundestudent Jeroen van Luijtelaer had ook wel een plekje verdiend. Ook de mogelijkheden van waterstof als energie-opslagmedium en talloze manieren om zuiniger aan te doen, krijgen uitgebreid aandacht.

In het derde en laatste deel van zijn boek gaat Wassink op zoek naar de juiste mix. Er is immers niet één panacee voor de energiecrisis. De mensheid zal in de toekomst minder fossiele brandstoffen gebruiken, maar buiten die zekerheid zijn er nog talloze scenario’s: moet het totale energieverbruik krimpen of is groei met andere bronnen mogelijk, en zo ja welke?

Een belangrijk nadeel van het boek is de slordigheid, van vormfouten (de nummering van voetnoten klopt niet) tot inhoudelijke. Zo beweert Wassink op basis van een Australisch rapport dat treinreizen slechts twee à drie procent van de hoeveelheid energie kost van autoreizen. Het betreffende rapport rept echter van twee tot drie keer zo weinig (en ook daar valt wel wat op af te dingen: een volle auto is zuiniger dan een halflege trein).

Ook de redenering dat koken op gas zuiniger is dan koken op elektriciteit, omdat voor die elektriciteit gas is opgestookt met een maximaal rendement van vijftig procent, is te kort door de bocht. Immers, bij koken op gas gaat veel warmte verloren doordat ze langs de pan wegstroomt en je produceert per definitie CO2, terwijl dat bij gebruik van groene stroom niet het geval hoeft te zijn.

Samenvattend is ‘Energierevolutie’ vooral een aardig boek vanwege de anekdotes, de reportages en het overzicht dat het schetst van alternatieve energievormen. Die journalistieke aanpak leidt echter wel tot een diepgang en accuratesse die je eerder in een tijdschrift verwacht dan in een boek.

Jos Wassink, Energierevolutie; oplossingen voor eindige voorraden, politieke afhankelijkheid en klimaatverandering. Veen Magazines, 2007.