De keizers van Hué

904

Anders dan Hoi An is Hué niet gespaard gebleven voor de bommen. En dat is jammer, want dit was de hoofdstad van de keizers van de Nguyen dynastie, die Vietnam tot 1945 regeerden, al dan niet onder Franse supervisie. De ooitmalige verboden stad is door zijn omvang nog wel indrukwekkend, maar die paar gereconstrueerde gebouwen geven slechts een beperkte indruk van de verdwenen grootsheid.

Gelukkig bleven de keizers niet hun hele leven binnen. Hun laatste jaren sleten ze in speciaal voor hen aangelegde parken buiten de stad, met hun vrouwen, eunuchen en concubines (dat kon in de honderden lopen). Tussen de paviljoens, geurige naaldbomen en vijvers overzagen ze de bouw van hun tombe. Na hun dood namen ze intrek in hun laatste huis, terwijl de entourage rouwde en een gezelschap rond de nieuwe keizer haar positie in de stad innam.

Die uitgebreide mausolea zijn gespaard gebleven, bizarre ommuurde sprookjeswerelden waarin keizers leefden die het al lang niet meer voor het zeggen hadden in hun land. Bao Dai, de laatste keizer, werd in 1945 hard uit alle sprookjes gewekt. Hij werd door de noordelijke communisten gedwongen tot aftreden en in 1955 nog een keer door de zuidelijke dictatuur. Vanuit zijn ballingsoord Parijs bleek hij tijdens de Vietnamoorlog zowaar bij zowel noorderlingen als zuiderlingen over het nodige gezag te beschikken. Hij stierf in 1997 en heeft een simpel graf in Parijs.