Roep ‘oorlog’ en win de verkiezingen

909

De verkiezingen in Cambodja, waar ik het campagnestaartje van meemaakte, zijn zoals verwacht gewonnen door de communisten van zittend premier Hun Sen. Zij haalden volgens de voorlopige uitslag 91 zetels, tegen 26 voor de liberale SRP. De nieuwe Mensenrechtenpartij, de eerste Cambodjaanse partij met leden die hun eigen leiding mogen kiezen, haalde drie zetels en is daarmee de op twee na grootste. Vier partijen hebben protest aangetekend tegen de uitslag, al staat vast dat de communisten werkelijk populair zijn.

Opmerkelijk is de manier waarop Hun Sen zijn partij een boost wist te geven, namelijk door een bijna-oorlog met Thailand. Het ging om de Preah Vihear tempel. Die ligt in een door de VN aan Cambodja toegewezen gebied, dat door Thailand geclaimd wordt. Beide landen waren het er echter over eens dat de tempel Werelderfgoed dient te worden. Dat kwam vlak voor de Cambodjaanse verkiezingen rond – een fijne reden voor een nationalistisch feestje.

In de aanloop daarnaartoe organiseerden Thaise oppositiepartijen demonstraties aan de grens bij Preah Vihear, omdat de regering de Thaise belangen zou verkwanselen door instemming met de werelderfgoed-aanvraag. Cambodja reageerde door de grens dicht te gooien. Thailand stuurde troepen, naar eigen zeggen om de demonstraties in de hand te houden. Cambodja stuurde troepen om de Thaise invasie te stoppen. De zaak liep zo hoog op dat de ASEAN-conferentie van juli nauwelijks aan Myanmar toekwam.

Inmiddels lijkt de zaak gesust. Hun Sen heeft de nationale zaak tegen de grote buur kunnen gebruiken om de verkiezingen te manipuleren. De Thaise regering heeft laten zien dat ze niet uit doetjes bestaat. En de democratie in Zuid-Oost Azië is weer eens de klos geweest.