CDA-drama krijgt tweede acte

1125

Ik was er uiteraard niet bij, de vergadering van het CDA Rotterdam gisteravond, maar aan de hand van de uitkomst (klik vooral op de link om de foto goed te bestuderen) valt wel een en ander te reconstrueren. De cast bestaat uit fractievoorzitter Karen Duys, wethouders Leonard Geluk en Lucas Bolsius, afdelingsvoorzitter Piet Boehoud, man in waiting Arjan Erkel, oude vos Frans Jozef van der Heijden en een rei van 250 leden, onder wie ex-wethouder Sjaak van der Tak, die weliswaar al jaren burgemeester elders is maar nog steeds in Rotterdam woont.

Boekhoud: “Welkom allemaal. Voor ik aan mijn bemiddelingspoging begin, wil ik graag zeggen dat ik volledig achter Leonard sta.”
Rei (protesterend): “Boehoehoehoe.”
Boekhoud: “O pardon, ik ben weliswaar de informateur van dit college geweest en bestuursvoorzitter van een groot roc, maar het ontbreekt mij aan politieke sensitiviteit om te beseffen dat het niet zo handig is om partij te kiezen voor je gaat bemiddelen.”
Oude Vos: “Zal ik dan maar proberen het in goede banen te leiden?”
Rei (opgelucht): “Jahahaha.”

Duys: “Leonard is een machtsbeluste dictator, die steeds zijn zin doordouwt.”
Geluk: “Dat is niet waar. Ik heb een roeping om de jeugd van Rotterdam te redden. Dat overstijgt het persoonlijke. Ik heb gelijk, maar het spijt me als ik er niet in geslaagd ben dat goed over te brengen bij mijn mensen in de fractie.”
Duys: “Ik ben niet van jou.”
Geluk: “Meisje, meisje toch.”

Bolsius: “Ik vind de inzet van deze discussie nogal laag. Daarom wil ik graag melden dat ik mijn lot aan dat van Leonard verbindt.”
Erkel: “Mocht Karen aan de hoogste boom belanden, dan wil ik graag haar plek innemen. Ik beloof het dualisme aan mijn laars te lappen en volkomen loyaal aan Leonard te zijn.”
Oude Vos: “Heren, bedankt weer voor uw openhartige bijdrage.”

Rei (weeklagend): “Oh oh oh! Het kan toch niet zo zijn dat het conflict niet gesmoord wordt? Vertel, o Oude Vos, hoe wij dit varkentje gaan wassen?”
Oude Vos: “De tijd heelt alle wonden!”
Van der Tak: “Laten we een commissie van wijze mannen benoemen.”
Rei (wanhopig): “Maar dan krijgen we de hele affaire vlak voor de verkiezingen nog een keer over ons heen.”
Oude Vos: “Nee, natuurlijk niet. De commissie moet vooral geen haast maken in zo’n delicate zaak en het deksel tot de verkiezingen op de pan houden. Daarna zien we wel weer verder.”