Onhandige omgang met René Danen

1317

Soms zit je als kandidatencommissie in je maag met een kandidaat die je op grond van zijn ervaring onmogelijk ongeschikt kunt noemen, maar van wie het toch geen goed idee is als hij gekozen wordt. Zo’n probleem had de commissie voor het partijbestuur in de persoon van René Danen, een veteraan uit de linkse actiewereld die daar niet alleen vrienden heeft.

De taak van een commissie is in zo’n geval een fair tekstje op te stellen met genoeg hints van de problemen die de kandidaat gaat veroorzaken, en er vervolgens op vertrouwen dat het congres zijn democratische werk doet en de kandidaat wegstemt. In het geval van Danen had de commissie zulke vage hints gegeven (“linker vleugel van de partij”, “komt open en communicatief over” in plaats van “is open en communicatief”) dat de partijtop nerveus werd of het congres de aanwijzingen wel zou oppikken.

Ongetwijfeld is er toen gediscussieerd wie het nieuws moest brengen en hoe. Het werd partijvoorzitter Henk Nijhof, die in een interview voor nu.nl Danen afserveerde. Danen sloeg publiekelijk terug. Bovendien klaagde hij Nijhof aan bij de partijraad wegens negative campaigning en kreeg gelijk. Nijhof zei tegen het congres dat hij het zo weer zou doen, in het belang van de partij, en kreeg een vet applaus. Kathalijne Buitenweg draafde ook op om haar zorgen over Danens kandidatuur te uiten. Danen trok zich terug als kandidaat en de rel was voorbij.

Goed, wat gaan we hier van leren? Voorop staat dat het congres het recht heeft het te weten als een kandidaat een ‘recipe for trouble’ is. Het is in eerste instantie de taak van de commissie dit duidelijk te maken. In tweede instantie is het aan individuele (prominente) leden om dit aanhangig te maken. Dat die het op het bordje van Nijhof gedumpt hebben, verdient geen schoonheidsprijs.

De manier waarop Nijhof zich tijdens het congres verantwoordde, was een keurig staaltje leiderschap: je verantwoordelijkheid nemen, ook als dat niet helemaal volgens de regels is. Anderzijds knaagt het natuurlijk dat de gang van zaken rond Danens kandidatuur uitdrukt dat de partijtop het congres niet toerekeningsvatbaar acht indien niet voorzien van heldere duwtjes in de juiste richting. Het applaus voor Nijhof valt ook uit te leggen als goedkeuring aan een actie die het congres anders zelf ondernomen had. Dat laatste zou de voorkeur gehad hebben.