Stemmen hertellen: nodig maar weinig zinvol

1591

Rotterdam gaat alle stemmen hertellen. Dat is nodig om enig vertrouwen in de uitslag van de verkiezingen te herstellen, na alle gekrakeel van de afgelopen week waar zelfs twee oud burgemeesters zich tegenaan bemoeiden.

Het is natuurlijk niet gezegd dat de hertelling leidt tot een uitslag die meer met de waarheid overeen komt dan de eerste. Beide keren is het mensenwerk, waarbij fouten gemaakt zullen worden. Eigenlijk zou je de stemmen een keer of zeven moeten hertellen en dan de mediaan of het gemiddelde nemen.

Maar het grootste probleem is natuurlijk dat de onregelmatigheden weinig met het tellen te maken hadden. Zelfs al zou je stemmen van mensen die in het stemhokje vergaderden ongeldig willen verklaren, dan gaat dat niet lukken. Herstemmen dan maar? Ook niet echt eerlijk, zeker niet als het maar in een paar wijken gebeurt, omdat het speelveld inmiddels veranderd is. Normaal gesproken kies je op de prestaties van partijen in de afgelopen vier jaar, nu zou het meer een referendum over de uitslag van 3 maart worden.

Rotterdam kan maar het best zijn wonden likken en zorgen dat het volgende keer beter verloopt. Dat betekent terug naar de stemcomputer en zorgen dat er logo’s bij de lijsten staan, zodat mensen die niet goed kunnen lezen, ook zien welke partij bij welke lijst hoort.

Over ronselen kunnen we lang debatteren, maar de bottom line is dat je niet eenduidig kunt bepalen waar de vrije wil ophoudt en waar onder druk of de belofte van beloning een stem gegeven wordt. Leefbaar Rotterdam brengt het bejaarde deel van haar achterban met busjes naar het kieslokaal – dat kun je ook als een vorm van betaling in natura zien in ruil voor de stem. Ik heb ook wel eens mijn stem uitgebracht bij een stembureau waar de voorzitter een LR-lintje droeg en mij een partijpen toestopte. Laten we de burgers in elk geval als volwassen mensen behandelen, die in het stemhokje zelfstandig de optelsom maken van alle beïnvloeding waar ze tot dan toe aan hebben blootgestaan.