Gekooide Charleston

1672

Josef Skvorecky is een van de groten van de Tsjechische literatuur. In veel van zijn romans figureert zijn alter ego Danny Smiricky als antiheld van dienst. Zo ook in ‘De gekooide Charleston’, een kort verhaal dat pas onlangs in het Nederlands vertaald werd.

Het verhaal speelt, zoals vaker bij Skvorecky, in het laatste jaar van de Tweede Wereldoorlog. Danny is als trompettist van de schoolrevue verliefd op hoofdrolspeelster Kristyna. Zijn versierpogingen worden echter gedwarsboomd door de realiteit van de oorlog, op een manier die eerder komisch dan ernstig is. Als het dan eindelijk dreigt te lukken met Kristyna, komt er iets meer prozaïsch tussen.

Het knappe van ‘De gekooide Charleston’ is dat het verhaal overtuigt in zijn realisme, terwijl oorlog en farce erin samengaan. Skvorecky hanteert een luchtige schrijfstijl, die heel onnadrukkelijk de absurditeit van de omstandigheden blootlegt, terwijl Danny telkens maar weer de dienst voor het meisje laat gaan en uiteindelijk niet beloond wordt voor zijn opofferingen.