Paars drie kiest voor makkelijk groen

1866

Het regeerakkoord van het derde paarse kabinet (pdf) kiest op het eerste gezicht voor een duurzame economische ontwikkeling. Dat is lovenswaardig, maar er zit ook veel gemakzucht bij.

Eerst het goede nieuws. Het kabinet kiest ondubbelzinnig voor verankering van duurzaamheid in de economie. Er komen subsidies om duurzame energie te bevorderen en een fiscale faciliteit voor decentrale opwekking. Isolatie van woningen wordt ter hand genomen. De Europese markt voor recycling van grondstoffen moet een impuls krijgen. Ook het innovatiebeleid krijgt zo te zien een sterkere groene component. “De innovatiekracht van het bedrijfsleven, de kennisinstellingen en de overheid zal optimaal worden gericht op de transitie naar een duurzame economie en groene groei, mede met het oog op versterking van het concurrentievermogen van de Nederlandse economie.”

Dat is mooi, en noodzakelijk, maar weinig gedurfd. Daar waar de koers min of meer open ligt, kiezen Rutte en Samsom voor groen. Maar het nieuwe kabinet schrikt terug voor groene maatregelen die aan bestaande belangen komen.

Het mobiliteitsprobleem wordt aangepakt met wat extra asfalt en de constatering dat het vanwege de crisis wel meevalt met de toename. Rekeningrijden of een andere maatregel die zoden aan de dijk zet, blijft uit. Schiphol en de andere luchthavens mogen gewoon doorgroeien. Over kernenergie geen woord. Energievretende bedrijven worden gerustgesteld dat ze niet teveel hoeven te vrezen van al die duurzame ambities. Liever bestaande natuur beschermen dan de ecologische hoofdstructuur volgens plan tot stand brengen (gaat wel gebeuren, maar kalmpjes aan).

Met andere woorden, op het gebied van duurzaamheid zijn in dit regeerakkoord alle pijnpunten naar de toekomst doorgeschoven. Er ligt een vooruitstrevend klimaatdoel, maar dat is niet haalbaar als je veel bronnen buiten beschouwing laat. Pak de uitstootcijfers van het CBS er maar bij. In de energiesector valt het meest te winnen, maar mobiliteit en industrie zijn samen groter.

Vooralsnog heeft het duurzaamheidsbeleid van Paars drie dus twee groene gezichten: ideologisch zit het goed in elkaar, maar de uitwerking is zo gemakzuchtig dat je mag vrezen voor gebrekkige resultaten. (sg)