Sinterklaas is het probleem, niet Zwarte Piet

1943

Iedereen die de afgelopen jaren het Sinterklaasjournaal gezien heeft, weet dat de Sint een warrige oude blanke man is, die het dagelijks beheer van de bv Pakjesboot al lang heeft overgedragen aan directeur Hoofdpiet. Je kunt er een symbool in zien van een vermoeide westerse wereld, die bezig is zijn dominantie te verliezen aan een jonge, globale generatie.

Niet iedereen is het met dat beeld eens. Sommigen houden liever vast aan Sinterklaas als een koloniale slavendrijver, die zijn zwarte knechten afbeult en vernedert – om daar vervolgens schande van te spreken. Ze hebben natuurlijk gelijk. De machtsverhouding tussen blank en zwart in het Sintgebeuren is stuitend, maar ook een reliek uit vroeger tijden, een symbool dat zijn betekenis verloren heeft, tenzij je er voortdurend op blijft hameren. Zo zijn het ironisch genoeg vooral de tegenstanders van Zwarte Piet die zijn slavenverleden levend houden.

De doorgaans geopperde remedies zijn dan ook weinig zinvol. Geef Piet een andere kleur en hij onderdrukt Chinezen, Indianen of Smurfen; een regenboogkleur en hij staat symbool voor homo-onderdrukking. Het doet er niet toe welke kleur Piet heeft. Het probleem is Sinterklaas. Hij is een oude blanke baas met een schier oneindige schatkamer, die hij ongetwijfeld niet op koosjere wijze gevuld heeft. Er is geen beginnen aan om alles op te sommen wat er niet aan hem deugt.

Een politiek correct Sinterklaasfeest ontstaat daarom pas als de Sint met pensioen gaat, en de Nederlandse kleuters voortaan getrakteerd worden door een comité van Pieten waarin alle bevolkingsgroepen op evenredige wijze vertegenwoordigd zijn (uit gelden die via een inkomensafhankelijke belasting zijn verkregen). Van clichématige folklore is het feest dan verworden tot een ambtelijke uitdeling, maar een knappe zeurpiet die nog kans ziet er aanstoot aan te nemen. (sg) (joop)