Adam Johnson: Fortune smiles

Zes verhalen telt de bundel Fortune smiles van de Amerikaanse schrijver Adam Johnson, die er in 2015 de National Book Award mee won (nadat hij eerder al een Pulitzer Prize binnensleepte voor zijn roman The Orphan Master’s Son). Zes totaal verschillende verhalen zijn het, maar ze hebben gemeen dat hun hoofdpersonen curieuze outsiders zijn.

Neem het titelverhaal, waarin twee Noord-Koreaanse deserteurs centraal staan. Ze proberen in te burgeren in Seoul, maar een van de twee heeft heimwee en komt erachter dat terugkeren moeilijker is dan vluchten. In het noorden moesten ze voortdurend op eieren lopen om niet in ongenade te vallen, maar ze stelden tenminsten wel wat voor. In Seoul zijn ze niemand. In een vergelijkbare positie bevindt zich de voormalige Oost-Duitse gevangenisdirecteur, nog altijd trots op de orde die hij handhaafde, die met lede ogen toeziet hoe zijn instelling nu aan toeristen getoond wordt als een afschrikwekkend voorbeeld van de geschiedenis.

Zo is er ook een voormalige pedofiel die zich ineens het lot moet aantrekken van twee jonge buurmeisjes en een nerd die een perfecte computersimulatie van Kurt Cobain maakt om zijn zieke vrouw te plezieren. Allemaal karakters van wie je niet meteen weet wat je van hen verwachten mag. Adam Johnson is een groot verteller die in staat is je in andermans gedachtenwereld te brengen om hun drijfveren te leren kennen, ook als die nogal dubieus zijn.