Gabriel Garcia Marquez in gesprek met Plinio Mendoza

De geur van guave is een interviewboekje uit 1982, of eerder een gesprek tussen Gabriel Garcia Marquez en zijn goede vriend Plinio Mendoza. Of nou ja, het is ook geen gesprek, want Mendoza weet natuurlijk al lang wat zijn vriend wil vertellen. Hij geeft gewoon een reeks voorzetten die Gabo mag inkoppen.

Het gaat over twee dingen. Ten eerste zijn leven. Zijn grootvader, de kolonel, bij wie hij opgroeide. De kleine hel van het internaat in Bogotá waar hij niettemin Kafka en Faulkner ontdekte. De vier eerste romans die slecht verkochten. Hoe zijn vrouw geld bij elkaar schraapte, terwijl hij Honderd Jaar Eenzaamheid schreef, in de hoop dat de vijfde poging dan wel succes zou brengen. Zijn bewondering voor Fidel Castro, die een heel goede eindredacteur was.

Ultieme boek

Het tweede onderwerp zijn de romans. Dat Macondo eigenlijk Aracataca is, het dorp waar Garcia Marquez opgroeide, wist ik. Honderd Jaar Eenzaamheid is voor een groot deel een getrouwe weergave van de verhalen van zijn grootouders en de geschiedenis van het stadje. Wat ik niet wist – en wat alleen een local als Mendoza opvalt – is dat Macondo tegen het einde van het boek steeds meer trekken krijgt van Barranquilla, waar de auteur als jonge journalist werkte.

Ook mooi is hoe Garcia Marquez vertelt over de liefdesgeschiedenis van zijn ouders, die hij pas jaren later zou optekenen in Liefde in Tijden van Cholera. Of over de Herfst van de Patriarch, waar hij twee keer opnieuw aan begon en uiteindelijk zeventien jaar over deed. Of over Kroniek van een Aangekondigde Dood, dat hij zelf als zijn ultieme boek ziet. Oké, je moet fan zijn om 130 pagina’s lang geboeid te worden door een schrijver die over zijn schrijverschap vertelt. Maar dat ben ik, dus ik heb genoten.