Makers van nepnieuws hekelen satirici

Door de opmars van satire gaan steeds meer mensen denken dat serieus bedoeld fake news een grap is. Complottheoretici en andere makers van nepnieuws luiden de noodklok: ‘Straks gelooft niemand ons meer.’

‘Nepnieuws is een traditionele vorm van journalistiek die bescherming verdient tegen satirici’, zegt George Houtmöller, woordvoerder van de Koninklijke Nederlandse Vereniging van Nepnieuwsmakers (KNVN), die naar eigen zeggen onder bescherming staat van prinses Beatrix. ‘Wij werken hard om het publiek te misleiden met geloofwaardige verdraaiingen van de feiten of complete verzinsels. Daar hebben we politieke of ideologische motieven voor. Denk bijvoorbeeld aan de strijd van de Britse tabloids tegen de Europese Unie waarmee Boris Johnson tot grootse hoogten is gestegen.’

Het bezwaar van de KNVN tegen satirici is dat de laatsten amoreel zijn. Houtmöller: ‘Het gaat ze er echt alleen maar om mensen een beetje goedkoop aan het lachen te maken, vaak ten koste van anderen. Die worden rücksichtlos belachelijk gemaakt. Een hoger doel is er niet. Er is een oppervlakkige gelijkenis in de zin dat het ook lariekoek is en mensen er soms intrappen, maar satire heeft geen politieke agenda van betekenis. Als het er niet zou zijn, zou de wereld gewoon doordraaien. Terwijl onze Britse vrienden met hun consequente campagne Brexit voor elkaar hebben gekregen.’

Dictatuur

‘Wij zijn tegen een dictatuur van de feiten’, stelt Houtmöller. ‘Verschillen van inzicht zijn juist van vitaal belang voor de democratie. Wij zijn hierover dan ook intern verdeeld. Ik prees daarnet bijvoorbeeld het werk van Boris Johnson tegen de Europese Unie, maar we hebben ook leden die helemaal niet geloven dat de Europese Unie bestaat. Zij denken dat de illuminati het voor het zeggen hebben in Brussel.’

In veel opzichten zijn satirici een grotere bedreiging voor nepnieuws dan feitencheckers, zegt de KNVN. Feitencheckers produceren vaak lange lappen genuanceerde tekst die vooral gelezen worden door mensen met toch al weinig vertrouwen in het oorspronkelijke verhaal. Satire is toegankelijker en leert mensen onwaarschijnlijke verhalen te herkennen als een grap.

‘Dat kunnen we echt niet gebruiken’, zegt Houtmöller. ‘De journalistiek heeft het al zwaar genoeg in dit land. Het gaat ons te ver om satire helemaal te verbieden, maar we zouden wel graag een disclaimer verplichten. Dan weten lezers dat ze te maken hebben met een grap in plaats van nieuws, of dat nu echt of nep is.’ (sg)