Saul Bellow: The adventures of Augie March

Het was weer eens tijd voor een stevige klassieker, The adventures of Augie March van Saul Bellow, over een jongen die opgroeit in een armoedig Joods milieu in Chicago in de jaren twintig er dertig van de vorige eeuw. Over het verhaal ga ik verder niks vertellen, daarmee herhaal ik toch alleen maar wat al eindeloos vaak is opgeschreven.

Het is een prachtig, monumentaal boek, maar tegen het eind kreeg ik moeite om mijn aandacht erbij te houden – en ik had de indruk dat ook Bellow zelf in de loop der pagina’s de belangstelling voor zijn hoofdpersoon begon te verliezen. De eerste hoofdstukken zijn enorm rijk in detail, met lange, meanderende zinnen en scherpe dialogen. Dat gaat zo door tot in de Mexicaanse episodes halverwege het boek. Daarna gaat het tempo omhoog.

Karakters worden steeds minder uitgewerkt, de Tweede Wereldoorlog is in een vloek en een zucht voorbij. Augie kiest vrijwel terloops voor een huwelijk met een vrouw die nauwelijks diepgang krijgt. Het boek houdt ineens op, zonder dat je het gevoel krijgt er iets culmineert of zo. Enfin, dat waren zo mijn gedachten. Die niet wegnemen dat Augie March een indrukwekkend meesterwerk is.