Nieuwsberichten en achtergrondartikelen

Onder de huid van Gollem

000e03
Gollem krijgt geen Oscar. Het beklagenswaardige wezen dat met zijn innerlijke strijd tussen goed en kwaad de show stal in de laatste twee delen van The Lord of the Rings, is namelijk niet echt genoeg. Hij mag dan de stem, de bewegingen en het afgeslankte gezicht hebben van acteur Andy Serkis, uiteindelijk komt hij helemaal uit de computer.

Toch krijgt Gollem in zekere zin wel een Oscar. Op 14 februari wordt namelijk een technische onderscheiding door de Academy of Motion Picture Arts and Sciences overhandigd aan de Deense onderzoeker Henrik Wann Jensen, werkzaam aan de universiteit van Californië te San Diego. Wann Jensen is de bedenker van het algoritme dat Gollem zijn levensechte huid bezorgde, waardoor hij als digitaal karakter, anders dan bijvoorbeeld Jar Jar Binks uit de jongste Star Wars films, volkomen natuurlijk opging in een menselijke omgeving.

Gollem

‘Mensen zijn zeer gevoelig voor het uiterlijk van huid’, vertelt Wann Jensen. ‘Final Fanatasy, een film uit 2001, beschikte over heel subtiele algoritmes om een fotorealistisch effect te bereiken, en toch zag iedereen meteen dat de karakters uit de computer kwamen. Door de computer gegenereerde personages hadden tot nu toe altijd een plastic look.’

Lees verder Onder de huid van Gollem

Soldaten voor het virtuele slagveld

Op de middelbare school stak Jan Paul van Waveren al meer tijd in computerspelletjes dan in huiswerk. Toch liep het niet slecht met hem af, zelfs niet toen hij aan de universiteit bezig bleef om met wat vrienden computers aan elkaar te koppelen teneinde elkaar in een spelletje Doom virtueel overhoop te knallen. Binnenkort studeert hij af op de kunstmatige intelligentie die hij voor het schietspelletje Quake III Arena ontwikkelde.

Beeld uit Quake

Meestal heet Jan Paul van Waveren, Jan Paul van Waveren, maar soms waart hij rond in duistere kelders, een onwaarschijnlijk groot wapen in zijn handen, schietend op alles wat beweegt. Dan heet hij Mr. Elusive. De laatste tijd heeft Mr. Elusive echter niet zoveel kills meer gemaakt.

Lees verder Soldaten voor het virtuele slagveld

Technologie prikkelt de fantasie

000c03
Striptekenaars zijn gedwongen er een sterke verbeelding op na te houden: hun medium dwingt hen immers tot visualiseren. Sinds Donald Duck en Kuifje is technologie als onderwerp verder gegroeid dan het techno-optimisme dat strips van de jaren vijftig en zestig kenmerkte. De kern is echter gebleven: vrijwel nergens uit de creativiteit zich zo uitbundig als in technologische fantasieën.

Toen elektrotechnisch ingenieur Yoko Tsuno in 1968 voor het eerst gestalte kreeg onder de pen van Roger Leloup, was ze in meerdere opzichten een unicum. Ten eerste was ze een vrouwelijke stripheld in een tijdperk waarin strips een vrijwel exclusief mannenuniversum vormden. Katrien Duck hield zich bij het traditionele rolpatroon, de paar vrouwen in Kuifje waren zonder uitzondering dommige wezens en de smurfen leefden zelfs in een totaal vrouwloze wereld (de smurfin deed later haar intrede). Verder had Yoko een kleurtje. Dat was ook op zijn zachtst gezegd bijzonder, aangezien zelfs de eenden van stripland tot het blanke bevolkingsdeel behoorden. Alleen Sjimmie (van Sjors) had ook een kleurtje, maar die was dan weer geen elektrotechnisch ingenieur.

Lees verder Technologie prikkelt de fantasie