Reizen in Algerije, deel 1: Praktische informatie

Eén andere toerist zag tijdens een reis van twaalf dagen door Algerije. Het land is geen bestemming voor reizigers en praktische informatie is nauwelijk verkrijgbaar. Ik vond nog een oude Lonely Planet uit 1992 om de interessantste bestemmingen uit te vissen, maar sindsdien heeft een burgeroorlog het land een decennium lang in de greep gehad. Begin dit jaar werd de president met grootscheepse demonstraties tot aftreden gedwongen. Dat gebeurde zonder geweld – en dat wekte mijn interesse. Tijd om eens te gaan kijken.

Veiligheid

Het reisadvies van het ministerie van buitenlandse zaken liet voorafgaand aan mijn reis veel knalrode gebieden zien. De rest van het land is oranje (alleen noodzakelijke reizen). Sommige steden zijn geel (neem de gebruikelijke voorzorgsmaatregelen). De Britten waren wat optimistischer, de Amerikanen niet. Al met al kwam ik tot de conclusie dat een tocht langs de kuststeden verantwoord was. Daar liggen bovendien de meeste bezienswaardigheden, met uizondering van wat ooit de grootste trekker was, de route door de Sahara naar Timboektoe.

De vrijdagse demonstraties waren nog altijd gaande toen ik er reisde. Het gaat er gemoedelijk aan toe. Veel gezinnen met kinderen. De politie is massaal aanwezig, maar ongewapend. Ook geen wapenstok of pepperspray. De sfeer was ontspannen, ook op de centrale pleinen in Algiers. Ik ben niet tot middernacht op straat gebleven, maar zo lang er groepjes vriendinnen zitten te kletsen bij de ijssalons vind ik de sfeer niet bedreigend.

Algerijnse vrouwen gaan merendeels westers gekleed, in elk geval in de steden, maar niemand kijkt op van volledig gesluierde vrouwen. Het zegt weinig. Ik ben een keer aangesproken door een jonge vrouw met een niqaab die een taxi met mij wilde delen om de kosten te drukken. Ze was zo opgetogen over haar idee dat ze dicht bij me kwam staan en op mijn armen en schouders klopte om me te overtuigen. Nadat ik ja gezegd had, kreeg haar man het commando om het te regelen. Hij moest nog twee keer terug omdat ze ontevreden was over de prijs.

Enfin, ik denk dat het ook voor vrouwen mogelijk is om solo te reizen in Algerije, al zal het meer stressvol zijn dan voor mannen. Anderzijds zal het makkelijker zijn privileges te claimen, zoals een plek voorin de bus (anders dan in bijvoorbeeld Turkije is het wel normaal dat vrouwen en mannen naast elkaar zitten). De alomtegenwoordigheid van vrouwen in het openbare leven maakt het ook eenvoudiger om steun te zoeken in geval van hinderlijke mannen.

En o ja, zorg dat je Frans spreekt. Hoger opgeleide jongeren spreken Engels, maar op de markt, het busstation, etc is Frans de voertaal.

Visum

Het aanvragen van een visum bij de ambassade is eenvoudig. Kwestie van een formulier invullen en enkele documenten inleveren. Ik had nog geen ticket van en naar het land, maar mijn (ware) verhaal dat ik per taxi uit Tunesië zou komen was genoeg. Je moet wel al een hotel in Algerije hebben gereserveerd. Een werkgeversverklaring kon ik niet overleggen, maar een KvK-inschrijving werd ook geaccepteerd.

Op de ambassade wordt Nederlands gesproken. Ik werd na twee dagen gebeld dat mijn visumaanvraag gehonoreerd was. Daarna duurde het nog zes weken voor ik mijn paspoort met het visum erin kon komen ophalen. Geen idee waarom dat zo lang moest duren. Maar reken dus op twee maanden voor het hele proces.

Geld

De belangrijkste vraag die ik kreeg bij binnenkomst aan de Tunesische grens was: hoeveel cash heeft u bij zich? Wie op dat moment met vele honderden euro’s aan komt zetten, heeft vermoedelijk een probleem. Ik heb het niet uitgeprobeerd en gewoon honderd euro en een credit card getoond. Algerije heeft namelijk een zwart-geldmarkt, waar je vijftig procent meer dinars voor je euro krijgt dan de officiële wisselkoers. Wie hele stapels eurobiljetten bij zich heeft, laadt de verdenking op zich de Algerijnse staat te willen tillen.

De standaard grote coupure is 1000 dinar. Daarnaast zijn er briefjes van 2000, 500 en 200 dinar. En munten van 200, 100, 50, 20 en 10 dinar. Er is ook een muntje waar op de ene kant 200 staat en de andere kant 50. Dat is er een van 200 dinar ter gelegenheid van 50 jaar onafhankelijkheid. Toen ik er was deed een euro 130 dinar bij officiële wisselaars en banken, en 180 tot 200 op de zwarte markt. Geldautomaten vind je op de centrale pleinen waar de banken zich bevinden.

Een taxirit van vijf à tien minuten binnen de stad kost ongeveer 200 dinar, een fles water 40, een blikje cola 60, een verse baguette 30, een Algerijnse camembert 250, toegang tot een museum 100, een buskaartje 150 per uur rijden, een matig hotel 3000. Als je zuinig aan doet, kost je reis 50 euro per dag. Winkel- en hotelprijzen zijn niet onderhandelbaar. Taxi’s wel, maar als je minder dan 200 betaalt voor een rit, gaat je chauffeur onderweg op zoek naar andere passagiers met dezelfde bestemming.

Een verwarrend gebruik is om bij kleine bedragen in centimes te rekenen. Een taxichauffeur die ‘vingt mille’ vraagt voor een ritje probeert je niet te tillen, maar vraagt het gebruikelijke bedrag van 20.000 centimes, dus 200 dinar.

Transport

Zoals inmiddels duidelijk zal zijn is de taxi hét middel om binnen de stad van de ene naar de andere plek te komen. Het aanbod is groot. Je gaat gewoon langs de kant van de weg en zwaait om er een te laten stoppen. Algiers heeft daarnaast een moderne metro. Alle grotere steden hebben een of meer moderne tramlijnen. Kaartjes zijn doorgaans 50 dinar.

Tussen steden zijn er twee opties: bussen en collectieve taxi’s. De laatste zijn duurder en sneller (doordat ze met ware doodsverachting tussen het verkeer door slingeren). Steden hebben vaak meerdere stations waar ze te vinden zijn, afhankelijk van de bestemming. Iedere taxichauffeur weet waar hij je naartoe moet brengen. Voor de bus koop je een kaartje bij de centrale balie. De collectieve taxi reken je af bij de chauffeur. Bussen vertrekken op tijd en hebben altijd plek voor nog meer mensen die zich onderweg aandienen. Taxi’s vertrekken zodra alle stoelen verkocht zijn en houden het daarbij (althans, dat is mijn ervaring).

Dat taxi’s met een gang van 140 kilometer per uur van Setif naar Algiers kunnen scheuren, geeft al weg dat het asfalt glad is. Stadsplanners zijn dol op rotondes en venijninge verkeersdrempels om het enthousiasme van de nationale chauffeurs een beetje te temperen. Bij drukte is het ieder voor zich: toeteren, slingeren, voordringen, enzovoort. De kans op meer dan blikschade is dan wel weer kleiner.

De Algerijnse spoorwegen hebben een kekke website waarop je kunt opzoeken wanneer de treinen gaan. Er staan ook mooie plaatjes van moderne treinen op. Die bedienen de voorsteden van Algiers en dat functioneert prima. Tussen de grote steden rijdt een handjevol aftandse, lege treinen volgens een schema dat soms overeenkomt met wat op de site staat. De enige keer dat ik me voornam de trein te nemen, van Setif naar Algiers, was ik te laat. Hij was drie kwartier eerder vertrokken dan wat de site aangaf, en een kwartier eerder dan de stationschef zelf billijk achtte.

Om naar de totaal verlaten archeologische sites te komen heb ik telkens een taxi gehuurd via mijn hotel. Prijzen zijn afhankelijk van bestemming, duur en onderhandelingsvaardigheden. Ik ben niet iemand die het onderste uit de kan probeert te halen. Voor een volle dag een privéchauffeur vind ik 50 euro billijk, ook al weet ik dat hij met losse ritjes misschien maar de helft van dat bedrag verdient.

Onderkomen

Er is geen gebrek aan hotels in Algerije. De Accor groep (Novotel en Ibis) zit overal op de beste plekken. Aan de andere kant van het spectrum heb je troosteloze vlooienhokken met alleen een bed en gedeeld douche/toilet. Daartussenin zitten vergane-gloriehotels uit de koloniale tijd en moderne hotels voor de Algerijnse middenklasse. Voor 4000 dinar per nacht zit je in die middenklasse. Kwaliteit varieert. Het enige hotel van mijn reis dat ik volmondig kan aanbevelen is Hotel Ferdi in Setif.

Behalve het hotel in Annaba (vanwege het visum) heb ik niks gereserveerd. Ik heb nergens een probleem gehad met beschikbaarheid van kamers. Het aanbod is groot zat. Hotels zijn wettelijk verplicht de prijzen op een groot bord bij de receptie te tonen. Als je gebruik maakt van een boekingssite betaal je een stevige commissie.

Eten

Het nationale gerecht van Algerije is de pizza. Overal verkrijgbaar en vrijwel altijd van matige kwaliteit, omdat de vette kaas al een poosje in het deeg te trekken staat. Rond lunchtijd heb je de beste kans op een fatsoenlijke snack, maar is het dringen bij de balies, want de Algerijnen zelf weten dat ook. Er zijn dan naast pizza’s ook broodjes, taco’s (wraps), salades, hamburgers en andere zaken te krijgen. De specialiteit van Oran is het broodje aardappelpuree.

De situatie verandert drastisch vanaf een uur of zes. Dan gaan de Algerijnen naar huis voor het avondeten. Restaurants die diner aanbieden heb ik alleen in Algiers en Oran gezien. Die zaten allemaal dicht. Uiteindelijk heb ik overal na intensief zoeken nog fastfood gevonden, maar het hield niet over. Wel tot laat open zijn eetholen voor taxichauffeurs, bewakers en andere mannen die nog niet naar huis kunnen. Het aanbod bestaat doorgaans uit brood, friet, linzensoep, gebakken kip, kebab en salade. De hygiënische omstandigheden zijn dubieus. Na het avondeten komen de Algerijnen weer naar buiten om ijs, crepes en taartjes te eten. Meestal van prima kwaliteit, zeker in de sjieke winkelstraten van Algiers.

Uiteindelijk heb ik regelmatig groente en fruit op de markt gekocht en brood, kaas en yoghurt in de winkel, om die op mijn kamer op te eten. Anders krijg je echt te weinig vitamines binnen. Disclaimer: ik was er rond het offerfeest. Het kan zijn dat iedereen dan zoveel schapenvlees in huis heeft dat de restaurants preventief hun deuren sluiten. Tijdens de eerste dag van het offerfeest zat echts alles dicht. Gelukkig was ik gewaarschuwd en had van tevoren inkopen gedaan.

Het kraanwater in Algerije zit zo vol chloor dat het bacteriologisch vast in orde is, maar niettemin ondrinkbaar. Drinkwater komt dus uit de fles, maar je hoeft niet bang te zijn dat ijs van onbetrouwbaar water is gemaakt.