Tien jaar na het faillissement van Watt

Vandaag is het precies tien jaar geleden dat ik als voorzitter naar de rechtbank ging om het faillissement van poppodium Watt aan te vragen. In mijn leven heb ik me nooit zo verraden gevoeld als toen door de gemeente Rotterdam. De afronding van dat faillissement heeft geduurd tot februari 2013 en al die tijd heeft het me veel tijd en energie gekost. Ik heb wel eens begrepen dat de rechtszaken van de curator de gemeente uiteindelijk meer geld gekost hebben dan wat het gekost had om de tent te redden. Dat voelt als een soort genoegdoening, maar treurig blijft het.

Het plan vind ik achteraf nog steeds goed. Watt zou in zijn commerciële vorm failliet gaan. WaterFront (waar ik voorzitter was) zou in het pand van Watt/Nighttown trekken. Het WaterFront-pand aan de Boompjeskade zou dan vrijkomen voor een urbanpodium en muziekopleidingen van Codarts en Albeda. Het liep anders. Zodra het plan er lag, trok de gemeente de subsidie van WaterFront in om ons te dwingen Watt inclusief de schuldenlast over te nemen. Het urban podium belandde met een megalomaan plan in de Maassilo en ging na ruim een jaar over de kop. Het WaterFront-pand ging naar een louche ondernemer.

Zo werd in een paar jaar de Rotterdamse popsector om zeep geholpen. Ik kan er nog boos om worden. Gelukkig is de jongerencultuur veerkrachtig. Er is een veelheid aan initiatieven voor in de plaats gekomen, kleinschaliger maar daarom niet minder waardevol. Er is sinds vorig jaar zelfs weer een groot poppodium, nota bene in de Maassilo. Indertijd weigerden grote concertorganisatoren bands te leveren voor de Maassilo, vanwege de onveilige omgeving. Maar de tijden veranderen, dus hopelijk gaat het deze keer beter.