Resultaten voor de categorie Muziek

The Motors – Airport

1025

Na het vorige postje is het natuurlijk verleidelijk om ‘Music for airports’ van Brian Eno in de weekendclip te zetten, maar ik wil niet dat mijn lezers in slaap vallen, dus ik kies voor iets met wat meer vaart, ‘Airport’ van The Motors, zo’n liedje waarvan je denkt: wacht eens, dat ken ik wel degelijk.

Shabnami Soraya – Az Kudumi Safar

1013

Girl Power uit Tajikistan: Shabnami Soraya is een gescheiden en hertrouwde zangeres die flink aan de weg timmert in eigen land en Afghanistan. Muzikaal nogal mainstream voor de regio – denk Yulduz Usmanova – maar het clipje straalt net iets meer lef uit:

Squarepusher – Do you know Squarepusher?

999

Onofficiële lowbudget videoclipjes zijn doorgaans alleen te pruimen vanwege het enthousiasme waarmee ze gemaakt zijn. Het clipje bij ‘Do you know Squarepusher’, echter, ziet kans daadwerkelijk te intrigeren. De muziek van Squarepusher begint wat ontoegankelijk, maar ontaardt uiteindelijk in aanstekelijke drum ’n bass.

Daar stond-ie dan, de grote man

994

Daar stond-ie dan, de grote man, met zijn hoedje tegen het hart geklemd eerbiedig toekijkend hoe zijn bandleden hun solo’s weggaven. Toen de beurt aan zijn trouwe partner-in-song Sharon Robinson was, kroop hij zelfs even in de rol van haar achtergrondzangeres, in een donker hoekje van het podium. Alles aan gisteravond was ingetogen, zelfs de 10.000 man in de zaal hielden hun adem in.

Drie uur lang stond de man op het podium, slechts onderbroken door een pauze van een half uur, een beetje stram, maar met een soepele bromstem, van ‘Dance me to the end of love’ tot ‘Democracy’. Natuurlijk ontkwam hij er niet aan ‘Suzanne’ en ‘Bird on a wire’ te zingen, de hits die de babyboomers in Ahoy zich uit hun jeugd herinnerden, maar op zijn indrukwekkendst was hij toch in vertolkingen van zijn latere werk.

‘Who by fire’, op plaat een aarzelend nummer, kreeg live de vorm van een aanklacht. Ook ‘The partisan’ en ‘Heart with no companion’ kregen stevige vertolkingen mee, die de broze studioversies overtroffen. Muzikaal stond het allemaal als een huis.

Maar het indrukwekkendst was toch de man zelf, die met kennelijk plezier zijn brede repertoire bracht. Hij zei dat hij vereerd was hier te mogen staan, in Rotterdam, en iedereen geloofde dat hij het meende uit het diepst van zijn hart. Alle bloemen die op het podium belandden raapte hij, voorzichtig door de knieën gaand, op en bracht ze in veiligheid. De man was vitaal en breekbaar tegelijk.

Aan het eind, toen de man aan zijn eerste toegift begon, hield het publiek niet meer, verliet de oncomfortabele kuipstoeltjes en liep naar voren om nog net even wat dichter bij hem te zijn. Ze konden drie kwartier blijven staan, terwijl hij nog het ene na het andere lied weggaf, tot hij uiteindelijk belandde bij ‘Closing time’ en daarna een allerlaatste maal terugkeerde, met een ontroerend huppeltje, voor ‘I tried to leave you / I hope you’re satisfied’.

Dat was zo.

Nog maar eens over pop en urban

993

Zijn lichaamstaal verraadt het niet altijd, maar Rik Grashoff luistert als wethouder wel degelijk naar de geluiden uit het veld over het urban podium. Dat plan behelst een ‘home base’, ofwel een plek waar jonge cultuurmakers hun ding kunnen doen, en een zaal in de Maassilo. Met name op dat laatste kwam veel kritiek uit de Rotterdamse popsector, die al lijdt onder een overschot aan zaalruimte.

Afgelopen dinsdag kwam het allemaal nog eens aan de orde tijdens een debat in De Unie. Grashoff leek geen krimp te geven, maar kwam een paar dagen later wel degelijk met een aangepast plan: de zaal zal niet gebruikt worden voor concerten, maar wel voor andere ‘urban’ activiteiten, zoals modeshows en festivals. Daarmee is de angel voor de popzalen uit het plan.

In dat licht is het vreemd dat de grootste popzaal, Watt, gisteren ineens dreigde de stekker eruit te trekken, met als argument dat de Maassilo wel degelijk zware concurrentie is. De verleiding om te denken dat er iets anders aan de hand is, wordt zo wel erg groot.

Update eind van de middag: Ik heb de brief van de wethouder inmiddels gelezen en daarin staat het iets diffuser dan in het AD/RD. Er worden geen ‘popconcerten’ georganiseerd, maar wel ‘urban concerten’. De conclusie dat dit twee totaal verschillende dingen zijn, zie ik niet helemaal voor me.

Leonard Cohen – Dance me to the end of love

991

Heel lang geleden, toen ik dacht dat new wave cool was en de rest ouwe meuk, wijdde Jan-Douwe Kroeske eens een heel programma aan een bijkans bejaarde Canadees, genaamd Leonard Cohen. Het zal wel, dacht ik, en ik zou misschien wel meteen de televisie uitgezet hebben, als hij niet hiermee begonnen was:

Muzikaal de simpelheid zelve, maar wat een krachtige stem (ook Jennifer Warnes in de ondersteunende rol). De tekst was pure poëzie, een zeldzaamheid in de pop. Dat halve uur heb ik gefascineerd uitgekeken. Daarna ging ik zijn platen kopen.

Lees verder Leonard Cohen – Dance me to the end of love

Yonderboi – Were you thinking of me

979

Eigenlijk vind ik ‘Milonga del Mar’ het sterkste nummer van Yonderboi, het pseudoniem van de Hongaarse muzikant László Fogarasi, maar daar zit geen fatsoenlijk clipje bij en dan kunnen tien minuten lang duren. Dus dan maar ‘Were you thinking of me’, muzikaal minder spannend, maar er valt wel meer te zien: