
Het uitgangspunt van Wij zijn licht, de bekroonde debuutroman van Gerda Blees, is een krantenberichtje over een woongemeenschap die besloot te gaan leven van het licht. Energie uit voedsel was niet meer nodig. Dat ging goed tot een van hen overleed aan ondervoeding. Blees’ roman is nadrukkelijk geen reconstructie maar een poging zich in te leven wat mensen beweegt om elkaar op deze manier gek te maken.
Bijzonder aan het boek is vooral de wijze van vertellen. Er is een alwetende verteller, die in ieder hoofdstuk een andere gedaante aanneemt, van voorwerpen tot abstracties. In het slothoofdstuk is de verteller het licht zelf. Halverwege is het verhaal zelf de verteller en geeft alvast aan de lezer weg wat er de komende bladzijden te gebeuren staat. Mooi gevonden, maar op een gegeven moment vond ik het een beetje geforceerd aandoen.