Klokloze chip zoekt het hogerop

000e10
Kloksnelheid is zo’n vanzelfsprekende maat voor de prestaties van processoren dat je bijna het bestaan zou vergeten van exemplaren die het zonder klok doen. Ze zitten vooral op plekken waar energieverbruik minimaal moet zijn, zoals op smartcards.

De klok verstookt dertig tot veertig procent van de totale energie die een processor opsoupeert. Dat is nogal wat voor een onderdeel dat zelf niks uitrekent. Toch is een klok erg handig, want hij deelt de werkzaamheden van een chip op in duidelijke stappen. Niet alle signalen op de chip zijn immers even lang onderweg en je wilt zeker weten dat elk signaal verwerkt is voor je aan de volgende rekenstap begint.

Lees verder Klokloze chip zoekt het hogerop

Water stelt chipmachines scherper

In de nieuwste generatie chipmachines van ASML wordt een druppel water heen en weer geschoven over de wafer. Betere optica is het gevolg, en dus kleinere chips. De wereld zat erop te wachten, want de oorspronkelijke weg naar kleinere chips was hobbeliger dan verwacht.

De chipsindustrie is zo complex en met investeringen gaan zoveel miljoenen gepaard dat geen enkel bedrijf, hoe groot ook, het zich een gokje kan veroorloven. Niemand ontwikkelt zomaar een nieuwe machine. Klanten worden gepolst, die op hun beurt hun klanten consulteren, enzovoort. Uit dat poldermodel van de chips komt een roadmap voort, een gemiddelde richting der neuzen. Wie achterblijft, kan het vergeten, wie voorloopt, krijg te maken met huiverige afnemers.

Lees verder Water stelt chipmachines scherper

Rekenfoutje bij Saturnus

000e08
Toen op 14 januari 2005 beelden van de Saturnusmaan Titan de aarde bereikten, was dat kantje boord. De Cassini, met aan boord de Huygens sonde die naar Titan afdaalde, was namelijk al bij Jupiter, toen de makers een onherstelbare softwarefout ontdekten die de hele missie bedreigde. Er kwam het nodige mathematische stuntwerk aan te pas om het toch nog tot een goed einde te brengen.

Lees verder Rekenfoutje bij Saturnus

Het netvlies als projectiescherm

000e07
Wie zijn oog op de juiste manier voor de onderzoeksopstelling van dr.ir. Gerard de Wit houdt, krijgt een beetje een Robocop-gevoel. Zichtbaar is een vloeiend bewegend beeld in rood en zwart, dat steeds onderbroken wordt door zwarte horizontale strepen, alsof je door de luxaflex naar een bioscoopscherm kijkt. Zo ongeveer zag de robotagent de wereld.

Maar het is geen minuscuul scherm dat zich ergens in de opstelling bevindt. Het beeld wordt direct door een laser op het netvlies geprojecteerd. De opstelling, door De Wit aan de TU Delft gebouwd voor zijn promotie-onderzoek, is de eerste in zijn soort. Het apparaat zet de deur open naar virtual reality van hoge kwaliteit.

Lees verder Het netvlies als projectiescherm

Zandchip in het nauw

000e06
Na dertig jaar trouwe dienst als het favoriete materiaal van chip-ontwerpers staat silicium onder druk. Het ouwetje heeft steeds meer moeite te voldoen aan de voortdurende honger naar kleinere en snellere chips. Exotische materialen als germanium, indiumfosfide en hafniumoxide zitten op het vinkentouw als aflossing van de wacht.

Cruciaal voor transistoren, de minuscule schakelaars die met honderden miljoenen tegelijk op een chip zitten, is het precies beheersen van de elektrische stroompjes. Daarvoor zijn geleiders, halfgeleiders en isolatoren nodig. Geleiders zijn doorgaans metalen, zoals aluminium en koper. Zuiver silicium is een halfgeleider, maar in de vorm van siliciumoxide (zand) is het een isolator. Juist die twee vormen maken silicium een ideaal materiaal voor chips. Door silicium met zuurstof te beschieten, maak je er oxide van – de halfgeleider wordt isolator. Bovendien is silicium alom te vinden en dus relatief goedkoop, hoewel het vervaardigen van plakken zuiver silicium uit zand een bewerkelijk proces is.

Lees verder Zandchip in het nauw

Spoor over het dak

000e05
Vanwege de extreme omstandigheden mag de aanleg van een spoorlijn door Tibet tot de ingewikkeldste ingenieurswerken van het moment gerekend worden. Zoals altijd is er controverse, over cultuur, milieu en veiligheid.

In de regentijd is het dak van de wereld nat. Grauwe wolken hangen over de Himalayatoppen en de drassige groene hoogvlakte die het hart van Tibet vormt. Snelstromende rivieren slaan regelmatig stukken van de wegen weg – alleen de wegen tussen de drie grootste steden zijn verhard.

Trein op transport

Vanuit de hoofdstad Lhasa loopt een grotendeels onverharde weg naar het Chinese achterland. Die weg gaat vanuit de vlakte de noordelijke bergen in, over de ijskoude Tanggula pas (5180 meter), door een landschap dat de bron is van drie grote rivieren (Hoangho, Yangtze en Mekong), maar geleidelijk steeds droger en leger wordt, om uiteindelijk uit te komen in de naargeestige woestijnstad Golmud. Daar begint het spoor.

Lees verder Spoor over het dak

Dood door softwarefout

000e04
Een eenvoudig informatica-vuistregeltje zegt dat iedere duizend regels computerprogramma één fout bevatten. De meeste van deze ‘bugs’ komen nooit aan het licht, maar er zijn er ook die fikse ravages kunnen aanrichten.

Programmeerfouten zijn er in alle soorten en gedaanten, van irritant tot levensbedreigend. In de eerste categorie valt de ‘Ping of Death’, een fout die vorige maand ontdekt werd en nu nog steeds de nodige programmeurs overuren bezorgd. De fout komt er in het kort op neer dat iedere bezitter van een pc met Windows 95 en een Internet-aansluiting met een éénregelige opdracht computers elders op de wereld, ook pc’s van nietsvermoedende netsurfers, kan lamleggen.

Lees verder Dood door softwarefout

Onder de huid van Gollem

000e03
Gollem krijgt geen Oscar. Het beklagenswaardige wezen dat met zijn innerlijke strijd tussen goed en kwaad de show stal in de laatste twee delen van The Lord of the Rings, is namelijk niet echt genoeg. Hij mag dan de stem, de bewegingen en het afgeslankte gezicht hebben van acteur Andy Serkis, uiteindelijk komt hij helemaal uit de computer.

Toch krijgt Gollem in zekere zin wel een Oscar. Op 14 februari wordt namelijk een technische onderscheiding door de Academy of Motion Picture Arts and Sciences overhandigd aan de Deense onderzoeker Henrik Wann Jensen, werkzaam aan de universiteit van Californië te San Diego. Wann Jensen is de bedenker van het algoritme dat Gollem zijn levensechte huid bezorgde, waardoor hij als digitaal karakter, anders dan bijvoorbeeld Jar Jar Binks uit de jongste Star Wars films, volkomen natuurlijk opging in een menselijke omgeving.

Gollem

‘Mensen zijn zeer gevoelig voor het uiterlijk van huid’, vertelt Wann Jensen. ‘Final Fanatasy, een film uit 2001, beschikte over heel subtiele algoritmes om een fotorealistisch effect te bereiken, en toch zag iedereen meteen dat de karakters uit de computer kwamen. Door de computer gegenereerde personages hadden tot nu toe altijd een plastic look.’

Lees verder Onder de huid van Gollem

Soldaten voor het virtuele slagveld

Op de middelbare school stak Jan Paul van Waveren al meer tijd in computerspelletjes dan in huiswerk. Toch liep het niet slecht met hem af, zelfs niet toen hij aan de universiteit bezig bleef om met wat vrienden computers aan elkaar te koppelen teneinde elkaar in een spelletje Doom virtueel overhoop te knallen. Binnenkort studeert hij af op de kunstmatige intelligentie die hij voor het schietspelletje Quake III Arena ontwikkelde.

Beeld uit Quake

Meestal heet Jan Paul van Waveren, Jan Paul van Waveren, maar soms waart hij rond in duistere kelders, een onwaarschijnlijk groot wapen in zijn handen, schietend op alles wat beweegt. Dan heet hij Mr. Elusive. De laatste tijd heeft Mr. Elusive echter niet zoveel kills meer gemaakt.

Lees verder Soldaten voor het virtuele slagveld

Het favoriete atoom van Don Eigler

Don Eigler is de man die met atomen schuift. In 1990 was hij degene die bedacht dat je met een Scanning Tunneling Microscope (STM) niet alleen atomen in beeld kunt brengen, maar ze ook kunt manipuleren. Toen hij met enkele tientallen Xenon-atomen het woord IBM schreef, ging dat plaatje de hele wereld over. Ook mensen die verder niets met de technologie hadden, waren gefascineerd: een mens kon individuele atomen op hun plek zetten.

Delft, een mottige donderdagmiddag in januari 2002. Don Eigler geeft een lezing. Zwarte bandplooibroek en overhemd met pen in het borstzakje, stropdas, snor, licht grijzend haar in een staartje bijeengehouden. Hij koppelt zijn laptop aan de beamer. Het bureaublad van zijn Windows is niet saai grijs of getooid met het logo van zijn werkgever IBM, maar toont zijn honden Argon en Neon, opvolgers van Xenon, die een poos geleden het tijdige voor het eeuwige verwisselde. De honden zetten een trend: dit gaat over meer dan alleen koele technologie.

Lees verder Het favoriete atoom van Don Eigler