Porfolio cultuur: strategie en businessplannen

Abdulrazak Gurnah – Paradise

Paradise van Nobelprijswinnaar Abdulrazak Gurnah is geen prequel van After Lives, maar beide boeken sluiten psychologisch en historisch goed op elkaar aan. De roman volgt het leven van Yusuf, die als twaalfjarige in bewaring wordt gegeven aan een schuldeiser van zijn vader. Een schuld die nooit vereffend zal worden, al beseft hij dat op het moment zelf niet.

Een groot deel van de roman gaat over een handelsreis naar de binnenlanden (van wat nu Tanzania heet). Het is een portret van een landstreek die door de Duitsers gekoloniseerd is zonder dat dit veel werkelijke gevolgen heeft voor de mensen die er wonen en werken. De Europeanen zijn een sterke, rivaliserende stam met wie je het beter niet aan de stok kunt krijgen, maar dat is het wel zo’n beetje.

Abdulrazak Gurnah volgt Yusuf op zijn weg naar volwassenheid, het gestaag doordringende besef dat hij een slaaf is die niet over zijn eigen lot kan beschikken. Ik vond het, net als After Lives, een pageturner. De rijke handelaar mag dan humaan heersen over Yusufs leven, dat betekent niet dat het verhaal voorspelbaar naar een einde gaat.

Claire Keegan – Small things like these

Bill Furlong, handelaar in kolen en stookhout, doet zijn rondes aan de vooravond van Kerstmis 1985. De sfeer in het naamloze Ierse stadje is bedrukt. Veel mensen zijn werkloos en hebben moeite om hun rekeningen te betalen. Maar Furlong kan ze ook moeilijk in de kou laten zitten. Zijn wereld krijgt echter pas echt een wending wanneer hij een uitgeput meisje aantreft in het kolenhok van het klooster.

Small things like these van Claire Keegan is een kleine vertelling over een man die een humane daad wil verrichten die hem in conflict kan brengen met de sociale en religieuze structuren van het stadje. De stijl is sober en zuiver – echt mooi verteld. Maar zo diep onder de indruk als de jury van de Booker Prize was ik er niet van.

Daisy Johnson – Everything under

Haar debuut Everything under leverde Daisy Johnson meteen een nominatie voor de Man Booker Prize op. Dat is, vermoed ik, vooral te danken aan de dreigende sfeer die over iedere pagina hangt, zonder dat er bijzonder veel gebeurt dat gruwelijk of spannend is. Johnson heeft de gave om informatie zo te doseren dat je voortdurend hunkert naar de wortel die ze je voorhoudt.

Hoofdpersoon is dertiger Gretel, die haar demente moeder in huis genomen heeft. De passages over de twee vrouwen in het huisje vormen echter niet de hoofdmoot. Die is voor twee andere verhaallijnen. De eerste daarvan gaat over de speurtocht van Gretel naar haar moeder, die vermoedelijk op een boot leeft ergens in een van de vele kanalen die Engeland rijk is. De tweede vertelt het levensverhaal van Marcus, een jongen die ooit kwam aanwaaien toen Gretel en haar moeder nog op zo’n boot leefden.

In de loop van het verhaal begon het mij te dagen dat Daisy Johnson bezig was een nogal onwaarschijnlijk plot op te tuigen. Steeds vaker werd net wat te opzichtig informatie achtergehouden om het slot niet weg te geven. Uiteindelijk deed dat voor mij niet af aan deze duistere maar ook liefdevolle roman.

Olga Ravn: The employees

The employees, a workplace novel of the 22nd century van de Deense Olga Ravn is, zoals de titel al doet vermoeden, science fiction. Het bestaat uit een reeks getuigenissen van mensen en androïden die op de planeet New Discovery objecten hebben gevonden die hun emoties opwekken. Daardoor is hun op productiviteit gerichte gemeenschap ontwricht geraakt.

Zoals alle goede science fiction is deze roman in de eerste plaats een commentaar op de huidige samenleving. Op het materialisme en gebrek aan intimiteit. Maar ook hoe onder druk iedereen terugvalt op zijn eigen groep en begint te fantaseren over het uitroeien van de anderen. De mensen zijn intellectueel meer capabel, maar de humanoïden kunnen hun hele wezen uploaden naar een server en hebben zo het eeuwige leven. Wie heeft het recht het lot van het schip te bepalen?

Olga Ravn is dichter en dat merk je in deze novelle. Je moet goed tussen de regels lezen. De getuigenissen zijn genummerd, maar staan niet op volgorde. De lezer moet als het ware het verhaal bijeen scharrelen in plaats van dat het wordt opgediend. Dit is zo’n boek dat je eerst in een avond uitleest en daarna nog een paar keer erbij pakt om wat willekeurige passages opnieuw te lezen.

John Boyne komt naar Rotterdam

Guiding Voices haalt de Ierse auteur John Boyne, bekend van zijn verfilmde bestseller The boy in the striped pyjamas, op maandag 7 november naar Rotterdam (20 uur in Arminius). Aanleiding is zijn nieuwe roman All the broken places, dat een vervolg is op die bestseller. Ik las beide boeken ter voorbereiding van het gesprek, dat gevoerd zal worden door Ernest van der Kwast.

De bestseller vertelt het ongeloofwaardige en om die reden zwaar bekritiseerde verhaal van de vriendschap tussen een Joods jongetje in Auschwitz en het zoontje van de kampcommandant. De roman kiest het perspectief van de negenjarige Bruno voor wie het verblijf in een villa bij Auschwitz vooral een hinderlijke scheiding van zijn vriendjes in Berlijn betekent. Het schokkendste is misschien wel hoe normaal Bruno’s leven eigenlijk is onder de gruwelijke omstandigheden.

Lees verder John Boyne komt naar Rotterdam

Erich Hackl: Entwurf einier Liebe auf den ersten Blick

Karl is een Oostenrijkse vrijwilliger in de Spaanse burgeroorlog. In en hospitaal in Valencia slaat de vonk over tussen hem en verpleegster Herminia. Binnen de kortste keren zijn ze getrouwd. Binnen de kortste keren ook worden ze gescheiden door het lot. Na de overwinning van Franco worden de buitenlandse vrijwilligers geëvacueerd, maar in Oostenrijk is Karl ook niet meer echt welkom.

Entwurf einier Liebe auf den ersten Blick van Erich Hackl is een ongewoon liefdesverhaal. Hoe Karl en Herminia voor elkaar vallen, blijf onduidelijk. Het verhaal gaat over Herminia’s jarenlange pogingen om onder de chaotische omstandigheden van de oorlog haar man terug te vinden en in de armen te sluiten.

Hoe dat verloopt, ga ik uiteraard niet weggeven. Ik vond het een mooie novelle, die de sentimentaliteit schuwt en toch ontroert. In 26 episodes van gemiddeld drie bladzijden slaagt Erich Hackl erin zijn personage tot leven te laten komen én bijna een heel leven te volgen. Dat lukt je alleen als je heel doeltreffend met taal kunt omgaan.

Michael Chabon: Telegraph Avenue

Michael Chabon is een van de auteurs wiens werk ik door de jaren heen compleet ga lezen. Niet alles tegelijk, maar eens in de zoveel tijd. Deze zomer las ik Telegraph Avenue, ruim 600 pagina’s over een platenzaak aan de gelijknamige staat in Oakland, Californië.

Hoofdpersoon Archy Stallings krijg in korte tijd het nodige voor de kiezen. Zijn vrouw is zwanger van hun eerste kind. Maar wacht, er komt ineens ook nog een ander kind aanwaaien uit een oude affaire. Archy’s vader, een aan lager wal geraakte kungfu-filmheld, duikt ineens weer op. Er dreigt een gigantische platenzaak te komen die Archy’s geliefde Brokeland Records uit de markt zal duwen. Zijn vrouw is zijn affaire met een Ethiopische restauranthoudster op het spoor.

En dan noem ik nog maar een deel op van de verwikkelingen die Telegraph Avenue maakt tot een soap op hoog niveau. Telegraph Avenue ontbeert de inhoudelijke diepgang die Chabon toonde in zijn meesterwerk The amazing adventures of Kavalier en Clay. Maar het vertelplezier spat er weer vanaf en Chabon is een meester in het doseren van zijn plot. Kortom, weer met ontzettend veel genoegen gelezen.

Robert Seethaler: Der letzte Satz

De oude Gustav Mahler zit in zijn eentje op het dek van een boot die op weg is van New York terug naar Europa. Hij weet dat het zijn laatste grote reis is en kijkt terug op zijn leven. Dat is het concept van Der letzte Satz van de Oostenrijkse succesauteur Robert Seethaler. Behalve dat hij mijmert heeft Mahler ook nog af en toe een korte conversatie met de scheepsjongen die over zijn welzijn moet waken.

Robert Seethaler heeft ongetwijfeld de nodige biografieën van Mahler gelezen, heeft zich in zijn karakter ingeleefd, enzovoort. Hij is ook bepaald geen slechte schrijver. Maar die hele Gustav Mahler boeide mij volstrekt niet. En zo belandde ik behoorlijk onverschillig op de laatste pagina van deze novelle, alvast uitkijkend naar het volgende boek.

Auke Hulst: De mitsukoshi troostbaby company

De mitsukoshi troostbaby company van Auke Hulst gaat over een schrijver genaamd Auke van der Hulst, die het niet lukt over het verlies van zijn grote liefde Mila heen te komen. In het hoofdverhaal bestelt hij bij een Japanse firma een robotmeisje als surrogaat voor het kind dat Mila en hij nooit gehad hebben. Tussendoor zijn er fragmenten uit een science fiction roman waarin Auke alternatieve werkelijkheden verzint om Mila alsnog te behouden.

Het eerste deel van de roman is vooral een liefdesgeschiedenis. Pas als na het eerste SF-fragment het uitdiepen van de relatie tussen Auke en zijn robotdochter Scottie begint met een tocht naar het verboden aardbevingsgebied in Groningen, slaat het boek een eigen koers in. Scottie is zeven en vermoedt dat ze anders is dan andere kinderen, omdat ze ‘geen bloed heeft’. Haar vader houdt vol dat ze een volwaardig mens is als alle andere, maar moet ook bij zichzelf te rade: wat is nou echt Scotties bestaansreden?

Deze roman weeft verschillende motieven knap in elkaar, maar persoonlijk vond ik vooral de verhaallijn rond Scottie interessant. Dat vond Auke Hulst zelf allicht ook, want de titel en de hoofdlijn van de roman draaien om Scottie. De franje daaromheen is zeker niet overbodig, maar overschaduwt bij vlagen waar het eigenlijk om gaat.

Tarjei Vesaas: The birds

Van Tarjei Vesaas las ik met veel plezier The Ice Palace, dus ik begon met goede moed aan The birds. Het verhaal gaat over de simpele Mattis, die met zijn zuster Hege op een afgelegen plek in het bos woont. Op een dag vliegt er een houtsnip over hun huis, wat Mattis als een slecht voorteken ziet. Maar waarvan?

Vesaas weet Mattis geloofwaardig neer te zetten, in al zijn machteloosheid. Zelfs knolrapen oogsten lukt hem niet, omdat hij zich er niet op kan concentreren. Zo voelt hij zich steeds nuttelozer. Als er een man intrekt in het huis, snapt de lezer meteen dat Hege een geliefde heeft. Mattis heeft daar langer voor nodig en wordt direct bevangen door de angst alleen gelaten te worden.

Waar ik moeite mee had, was dat Mattis uiteindelijk niet zo’n interessant personage is. Knap getroffen, maar op een gegeven moment weet je het wel. Het slot vond ik slecht te rijmen met Mattis’ karakter, alsof Vesaas zelf ook eigenlijk niet goed wist hoe het verhaal af te sluiten (want anders zou het nog eindeloos voortkabbelen).